 |
7:29 De Canisvlietsche Kreek |
Vandaag loop ik verder over de GR5A waar ik de vorige keer mee ben gestart. Een rondje om West- en Oost-Vlaanderen, maar net als vorige keer loop ik vandaag voornamelijk nog in Nederland. In de vroegte vertrek ik van huis richting het zuiden van ons land om de auto achter te laten bij een laadpaal in het Zeeuwse Sas van Gent.
Het stukje van de laadpaal naar de bushalte heb ik in de voorbereiding niet in de track opgenomen, zo blijkt als ik met de wandeling begin. Geen nood, want zo ver is het niet en dit stuk heb ik zojuist met de auto ook afgelegd. In het donker loop ik door de straten van Sas van Gent en als ik het dorp verlaat, stop ik even om reflecterende hesjes en verlichting uit de tas te halen. Met zelf een reflecterend hesje en een relatief felle rode verlichting achterop mijn rugzak ben ik goed zichtbaar in het donker. Ik kom aan bij een draaibrug maar deze gaat net open. Ik maak van de opgelegde wachttijd gebruik om een sanitaire stop te maken, waarna ik alsnog moet wachten bij de brug. Als de slagbomen weer open zijn, loop ik naar de overkant, maar nog voordat ik daar ben, gaan er alweer slagbomen omlaag om te voorkomen dat nieuw verkeer de brug op gaat. Ik loop rustig door en ga ervan uit dat ze mij op camera's zien lopen en zullen wachten totdat ik de brug af ben. Dat lijkt inderdaad zo te zijn en zo kan ik verder met de wandeling zonder opnieuw op de brug te moeten wachten.
 |
7:41 Aan de grens |
Nadat ik bij mijn eerste wandeling over dit pad veel last had van baggerpaden heb ik in de voorbereiding een volledige alternatieve route gemaakt over verharde paden. Deze heb ik met een andere kleur op de kaart gezet, zodat tijdens de wandeling duidelijk is welke route origineel is en wat er eventueel anders kan. De verharde route is in totaal maar liefst 8 kilometer korter, dus ook dat is een punt van zorg, want ik wil wel boven de 50 kilometer eindigen. Gelukkig blijken de paden enorm mee te vallen en is het aantal baggerpaden tot een minimum beperkt.
 |
7:44 De N62 |
Ineens sta ik aan de landsgrens wat ik zie door een Belgisch kombord aan de rechterkant van de weg. Links van de weg staat een Nederlands verkeersbord. Het enige dat er nog aan ontbreekt is een grenspaal. Ik zie wel een donkere stenen paal staan zoals ze langs de Nederlands-Duitse grens staan, maar daar ben ik nu niet en ik verwacht hier toch echt een tinnen paal. Lang hoef ik daar echter niet op te wachten, want bij het oversteken van de N62 staat hier wel degelijk een grenspaal om de landsgrens aan te duiden.
 |
Kenmerkend: de bovengrondse stroomkabels voorbij de grenspaal |
Ik heb in de voorbereiding niet gekeken naar hoe de landsgrens zich verhoudt tot de route en ik heb ook geen idee hoe vaak ik de grens passeer of in welk land ik loop, totdat ik verkeersborden tegenkom waaraan ik het land kan herkennen. Op onverharde paden kom je die echter niet zoveel tegen en de manier waarop afslagen van wandelpaden zijn gemarkeerd, lopen ook door elkaar heen. In Nederland zie ik Belgische markerningen en in België Nederlandse markeringen. Bij Oudenburgse Sluis steek ik na ruim 10 kilometer lopen voor het eerst zelf de grens over België in.
 |
8:43 In Langelede |
Heel diep ga ik België niet in; de Vlaamse routemakers hebben besloten om veel aan de Nederlandse kant van de grens te blijven. Dat zie ik ook bij Nederlandse routemakers die bij het Noaberpad bij voorkeur over Duits grondgebied lopen. In het buitenland lopen is weer eens wat anders wat lang niet bij alle wandelroutes mogelijk is. Voor mij betekent dit dat ik voornamelijk in eigen land loop, al is dit deel van Nederland lange tijd meer met België dan met Nederland verbonden geweest. Eerst doordat er slechts twee veerboten waren om Zeeuws-Vlaanderen vanaf de rest van Nederland te bereiken en daarna door een toltunnel. De tol is er voor personenauto's begin dit jaar eindelijk af waardoor ik vanmorgen gratis door de tolpoortjes ben gereden (al zou de route via Antwerpen net wat sneller zijn geweest).
 |
8:50 |
Het is vandaag regenachtig en ik heb inmiddels de regenhoes om de rugzak gedaan. Later doe ik ook mijn poncho aan. Het miezert wat, maar ondanks dat wordt mijn broek, die onder de knieën niet tegen de regen beschermd is, niet heel erg nat. Even regent het iets harder en komt er zelfs wat natte sneeuw langs, maar dat is alles van korte duur.
Het pad blijft in de buurt van de landsgrens en al snel kom ik aan in de dorpjes Overslag. Eigenlijk is het een dorp in twee landen, wat mooi in beeld wordt gebracht op de plek waar ik de grens oversteek: twee komborden en twee grenspalen. In de heemkunde worden deze palen de "Tweeling van Overslag" genoemd, aldus de gids. Ik loop nog een paar keer deels in Nederland, deels in België todat ik na 25 kilometer lopen definitief in Nederland zal bijven. Ik ben nu bijna halverwege en wat nu volgt, is een aantal forten uit de 80-jarige oorlog. Op het informatiebord over deze Staats-Spaanse linies staat een overzichtkaartje waarop het lijkt dat er tussen Sas van Gent en Terneuzen water lag. Daar kun je je nu niets meer bij voorstellen.
 |
9:23 Overslag |
Ik verlaat de forten en maak me op voor de laatste kilometers naar Hulst. Terwijl ik door een weiland aan het banjeren ben, hoor ik ergens om mij heen stemgeluiden van mensen die ik verder niet zie. Tot nu toe is het vandaag vrij rustig geweest op de route, maar zodra ik weer op het asfalt loop, loop ik ineens midden in een halve marathon. Dat weet ik als ik aan het publiek dat hier langs de weg zit, vraag hoeveel ze vandaag afleggen. Eenentwintig kilometer dus; ik heb er inmiddels al 45 opzitten, maar wandelen is langer vol te houden dan hardlopen en omdat ik dat dan weer niet kan, heb ik ook wel respect voor wat zij hier aan het doen zijn. Als ik zie dat ik afscheid van ze ga nemen, ga ik rechts van de weg lopen zodat de hardlopers van mij geen last hebben als ik rechtsaf sla waar zij naar links moeten.
 |
11:55 Aan de Staats-Spaanse linie |
Inmiddels heb ik flink last van mijn spieren en moet ik steeds vaker even ergens zitten of ergens tegenaan leunen om de druk op de benen even weg te nemen. Halverwege de wandeling heb ik een kleine tempoversnelling ingezet omdat ik het wandeltempo iets te traag vond en het erop ging lijken dat ik de eerste geplande bus terug net zou gaan missen met een klein uur wachttijd tot gevolg. Die versnelling is er niet meer uitgegaan, totdat mijn lichaam zelf ging protesteren. Wat ik tijdens een Vierdaagse in juli probleemloos kan, dreigt me nu te nekken. Als ik na 37,5 kilometer bij de N258 aankom, snij ik ongeveer anderhalve kilometer af door de weg hier direct over te steken, al loop ik voor mijn eigen veiligheid wel eerst nog even naar het stuk waar de maximumsnelheid 80 km/h is in plaats van 100 km/h.
 |
12:15 |
Na 48,5 kilometer loop ik Hulst binnen. Er staan twee verschillende komborden en als ik dichterbij kom, lijkt het te gaan om de carnavalsnaam van deze stad. Die zijn er vroeg bij; carnaval is pas over een week. Zelf loop ik over de stadswallen een rondje om Hulst om aan de zuidkant de vesting weer te verlaten. Voor het eerst heb ik vandaag in de laatste 5 kilometer om de 500 meter een markering op mijn Garmin-device gezet en in de laatste kilometer zelfs om de honderd meter. Dit werkt psychologisch wel goed voor me; zo kom ik de laatste kilometers net wat makkelijker door. Als ik even niet kijk en denk dat ik nog 300 meter moet, zie ik links van de weg ineens de bushalte al staan. Hier moet ik 7 minuten wachten op de bus die me via Terneuzen zal terugbrengen naar de auto.
Het is nog relatief vroeg als ik bij de auto aankom en ik rij de grens over naar Zelzate om daar te gaan eten. Bij een plaatselijke Turk eet ik een klein broodje kebap, waarna ik de reis naar huis inzet. Vanuit Zelzate is de reistijd via de Westerscheldetunnel ongeveer net zo lang als via Antwerpen, terwijl er op de Antwerpse ring file staat door een ongeval. Ik besluit via Antwerpen te rijden en als ik op de ring ben, kies ik er zelfs voor om de E34 naar Eindhoven uit te rijden en zo via de Nederlandse A50 naar huis te gaan. De wandeling levert me flinke spierpijn op in de benen, want een goed teken is, want ik loop niet alleen voor mijn lol, maar ook om de trainen voor Nijmegen.
|
Statistieken |
Afstand: | 50,6 km |
Gemiddelde: | 5,3 km/h |
Bewogen gem.: | 5,8 km/h |
Totaalteller: | 9282,3 km |
|
 |
De voortgang over de GR5A na 2 dagen |
◀ Sluis ▸ Sas van Gent (49km)
GR5A: De Klinge ▸ Zwijndrecht (48km) ▶